Op 2 oktober 2007 terwijl we zaten te lunchen (in de eetzaal van een hotel in Tsjechië) klonk er opeens veel lawaai.
Bij nader onderzoek bleek het de claxon van mijn Land Rover Defender te zijn die, na ‘s ochtends te zijn gebruikt, op de binnenplaats geparkeerd stond.
Maar dat was schrikken!
De Land Rover stond in brand! Rennen naar de auto.
Direct uit de auto (die vol zat met rook) op de tast, de brandblusser gepakt en begonnen met blussen.
Het eerste aan de onderkant, want brandend kunststof lekte ter hoogte van de versnellingsbak op de grond.
Twee korte stoten waren voldoende om de vlammen te doen doven.
Toen de motorkap trachten te openen, maar die was te heet om aan te pakken. Een emmer koud water eroverheen gegooid en toen lukte het net om de motorkap te openen.
Weer een stoot met de brandblusser, maar die is nu leeg. De geluidsisolatie onder tegen de motorkap smeulde nog, dus met een waterslang, die inmiddels was uitgerold, dit gedoofd.
De accu losgekoppeld en daar sta je dan bij een zwartgeblakerde motorruimte.